Geo-informatie op de kaart: Online toegankelijkheid voor burgers

De overheid is er voor alle burgers. Dit is een mooie gedachte, waar ongetwijfeld niemand het mee oneens zal zijn. In de praktijk kan het aanbieden van toegankelijke diensten en informatie echter nog knap lastig zijn. Als overheid kun je nog zulke mooie toegespitste diensten leveren, als een deel van de burgers hier niet of maar met grote moeite gebruik van kan maken zal de effectiviteit slechtst gering zijn. Dit leidt tot ergernissen en sluit mensen onnodig uit. Men kan hierbij bijvoorbeeld denken aan het toegankelijk maken van overheidswebsites voor blinden, slechtzienden of kleurenblinden. Door middel van onder andere het initiatief <a href="https://www.digitoegankelijk.nl/over-digitoegankelijk" target="_blank">DigiToegankelijk</a> heeft de overheid als doel gesteld om voor burgers ook op het internet maximaal toegankelijk te zijn. Een goed voorbeeld van door de overheid aangeboden informatie die met enkele doordachte maatregelen vele malen toegankelijker gemaakt kan worden zijn online kaarten.

Open vs. gesloten code: wat is veiliger?

Leidt het openstellen van de broncode van software tot veiligere of juist tot onveiligere software? Deze discussie keert steeds terug wanneer het over open source software gaat. Door code open te maken kan iedereen de code inzien en aanpassen. Dit biedt welwillende programmeurs de kans om de software te verbeteren, maar kan ook saboteurs - al dan niet in dienst van vijandige mogendheden - aantrekken die zwakheden in de code willen uitbuiten of kwaadaardige code aan de software willen toevoegen. Toch hebben onder andere de Amerikaanse defensie en veiligheidsdiensten juist vanwege veiligheidsredenen een voorkeur voor open source software. Waarom kiezen deze partijen, waarvoor veiligheid en vertrouwelijkheid bij uitstek cruciaal zijn, voor open software?

Juridische obstakels voor publicatie open source software

De Rijksoverheid “stimuleert overheidsorganisaties om open source software te gebruiken”. Dit officiële beleid is al van kracht sinds 2002, toen de motie-Vendrik werd aangenomen. Sindsdien heeft de tweede kamer meerdere moties aangenomen waarmee de bevordering van open source software binnen de overheid werd beoogd. Begrijpelijk, want de voordelen van open source software - o.a. (veelal) hogere kwaliteit, meer innovatie, minder leveranciersafhankelijkheid en potentieel enorme kostenbesparingen door te breken met de hardnekkige gewoonte om eenzelfde product per losse overheidsorganisatie te laten ontwikkelen of tegen hoge kosten te kopen - zijn al decennialang bekend. Bovendien lijkt het een haast vanzelfsprekend gedachte om software die met publiek geld is bekostigd voor de samenleving beschikbaar te maken.